Twee thuiswedstrijden, daarmee mochten de groene Galliërs aftrappen deze competitie. Waar we doorgaans trappelend, ongedurig van graslust, aan de competitie starten, lijkt dat dit seizoen wat onder de oppervlakte te blijven. We willen wel, maar het lukt niet. En na twee keer negentig minuten weten we ook dat hoe meer we willen, des te minder het lukt. Als je meer wilt, moet je eerst meer doen. Ik zou haast zeggen; nog voor je begint met willen. Maar dat is slechts een fractie van de kettingreactie aan redenen die voor de meest belabberde seizoenstart van het decennium hebben gezorgd. De hoofdreden heeft met wat voetbaldata-analisten ‘expected goals’ noemen te maken. Waar je afgelopen jaren steevast gerekend kon worden op het sloopduo Lammers & Bulthuis (de één deed het harde werk, de andere liep binnen), moeten de groene Galliërs nu opzoek naar een nieuw doelpuntenkoppel. Uit data bleek al voor de aanvang van het seizoen dat de Groene Galliërs in EGA (Expected goals average) op basis van negentig minuten en met tegenspelers waarvan iets minder dan 45% een bierbuik draagt, zakte van +5,5 naar -0,5. Dan weet je natuurlijk al dat het een moeilijk seizoen gaat worden. Ik zal verder dan ook maar niet in gaan op het volledige rapport van de KNVB dat o.a repte over een geschatte gemiddelde van 37 schoten per wedstrijd tegen, de tijd die het duurt alvorens de groene Galliërs omschakelen (1 minuut en 43 seconden) en de kans op een biergooi-incident in de derde helft (3 op de 4 nazitten). Nee dat doe ik maar niet. Behalve door te zeggen dat we aan het eind van het seizoen waarschijnlijk een topfitte keeper mogen verwachten.
Klimaatprobleem
Nee, ik wil het hebben over hoe we als Phil Collins de zaken kunnen keren. Tegen de bierkaai, against all odds. Geen mens voetbalt in 2033 nog op zondag, dat zeggen de belangrijkste voorspellingen van OPTA en de belangrijkste gokkantoren. Nou, dat waag ik te betwijfelen, en wel hierom; iedereen weet dat we een klimaatprobleem hebben, maar niemand stopt met vliegen, winst maken en uitstoten. Hoewel ook wij Galliërs dondersgoed weten dat groen de oplossing is, zie je ook ons vaak nog naar de verkeerde kleur spelen. Maar dat terzijde. Als alles zegt dat de zondag geen goede dag meer is om te voetballen. Vanwege de lieveheer, vanwege het oprukken van zaterdagavondvoetbal, vanwege de groeiende weerzin om met een kater op het veld te staan, dat is dat dus precies niet wat er gebeurd. Leer mij de mensheid kennen. De zondag zal nog over pakweg vijf jaar, waarschijnlijk ben ik dan al met voetbalpensioen (tenzij ik langer door moet, zul je net zien), aan een revival beginnen. Ochtendvoetbal wordt weer hot, mannen laten het bier staan en gaan massaal over op proteïne shakes en zitten na met yogurt met een afhaalchinees aan toppings. Bosbessen, speld of hoe je dat ook spelt, diverse granola en suikervrij muffins. Ik merk dat ik een beetje afdwaal. De revival van het zondagochtendvoetbal dus, markeer mijn woorden. Vijf jaartjes. Grote kans dat er dan geen groene Galliërs meer bestaan, maar opgeven doen we niet.
Lichtpuntjes
De start, met 12 tegendoelpunten uit 68 doelpogingen (op doel) tegen in twee wedstrijden, is niet om over naar huis te schrijven. Laat staan een punctueel verslag. Wees gerust, dat zal ik dan ook niet doen. We gaan het hebben over de lichtpuntjes. Ten eerste is het zeiken al wel weer op het niveau van 2017. Een jaar waarin er mensen stopten vanwege het teamgevoel en er geen scheidsrecht meer op een fluit durfde te blazen. Ten tweede heeft onze sterspeler een contract getekend van een 1e klasser (HOCV2) en ten derde heeft onze pracht van een keeper in twee wedstrijden maar liefst 56 reddingen gemaakt. Dan tel ik de 97 doelpogingen die hij vakkundig naast keek natuurlijk niet mee. Kortom genoeg lichtpuntjes om hoop te houden dit seizoen.
Kiemkracht
Elke grondbeheerder zal je zeggen dat het niet gaat om hoe groen het gras is. Maar dat het gaat om de kiemkracht van het tapijt. Is het gras sterk, taai en groeit het snel als daar de mogelijkheden voor zijn. De Groene Galliërs bezitten deze superkracht. Op schrale grond en vanuit onmogelijke hoeken ontstaat er toch ineens iets. Met jongens die een paar potjes mee willen doen, zoals Melvin en Benji. Met een man van glas die straks de malaise doorbreekt. Met een verguisde en afgeschreven brandblusmagnaat die de vrije trap als poederblusser hanteert, en met de kniebanden van de aanvoerder die dreigen met vliegen bij elke schotpoging. Met een militair die meer wil, maar ook een thuis heeft. Met jonge vaders die voetballen met nieuwe jongensdromen, met kluskrijgers die hun rug soepel ballen en met dertigers die de wereld nog een keer willen laten zien dat ze kunnen schitteren rondom een halfhoge voorzet net iets achter de man.
Deze kracht, deze kiemkracht, wordt nu maximaal getest. En ik weet nu al, dat we hier glorieus uit gaan komen. Je zult me niet geloven en dat geeft niet. Maar halverwege 2024 zal de wereld er voor de groene Galliërs weer een stuk rooskleuriger uitzien. Tot die tijd ploeteren we onszelf door de herfst van ons leven. En zal ik, vanaf vandaag weer na elke wedstrijd, verslag doen van deze onvoorstelbare onvermoede wederopstanding. Want dat is wat mannen van een zekere leeftijd het beste kunnen, steeds opnieuw in (weder)opstand komen tegen de tijd, die spierkracht jattende gluiperd. Tegen alle verwachting in. Voor de nauwkeurige meelezer, ik heb de uitslagen niet vermeld. Dat klopt, daar ben ik mezelf van bewust. 5-7 en 1-5, jij je zin. Ik niet meer.